Mag je ook gewoon weg?

Het is weer Wereld Suïcide Preventie Week. We praten, luisteren en organiseren wandelingen bij zonsopgang. Alles om mensen bij het leven te houden.

Maar juist in zo’n week valt op welke vraag we níét stellen. In plaats van steeds te proberen iemand tegen te houden, is de betere vraag: waarom willen wij eigenlijk blijven?

Voor de meesten is het antwoord simpel. Een geliefde die je graag ziet. Kinderen die jou nodig hebben. Of de kat. Of gewoon FOMO, nieuwsgierig naar hoe het verder gaat. Geen hogere waarheid. Gewoon: redenen.

En dat is prima. Maar wat nu als die redenen wegvallen? Waarom is het dan ineens ondenkbaar dat iemand zegt: “Ik vind het wel mooi geweest?”

Alles mag tegenwoordig. Je mag roken tot je longkanker krijgt. Je mag drinken tot je lever het begeeft. Je mag zelfs sneuvelen in Oekraïne, als je daar zin in hebt.

Maar een rustig, weloverwogen afscheid van het leven? Dat niet. Zodra iemand écht kiest, is het oordeel scherp: hij denkt verkeerd. Hij is depressief. Hij moet geholpen worden.

Vreemd, eigenlijk. Niemand weet waarom we hier zijn, maar wél dat je moet blijven.

Oké, euthanasie mag nog net. Maar pas na papierwerk en toestemming, alsof sterven een vergunning vereist. Want blijkbaar is het bestaan verplicht. Alsof je bij je geboorte een contract hebt getekend om er het beste van te maken.

We hebben zelfs een heel systeem opgetuigd om de gedachte aan vrijwillig vertrek ondenkbaar te maken. Van hulplijnen tot praatgroepen, bewustwordingscampagnes en de preventieweek zelf.

We noemen het ‘preventie’, maar het is óók controle. Immers, niet alleen het leven van die ander staat op het spel – ook onze eigen overtuiging dat het bestaan de moeite waard móét zijn. Wie dat in twijfelt trekt, verstoort iets.

Want diep vanbinnen weten we: we blijven niet omdat we geloven in het leven. We blijven omdat we nog redenen hebben. En wie vertrekt, herinnert ons eraan hoe broos die redenen zijn.

Misschien redden we deze week levens. Maar bovenal sussen we onze angst. Die campagne gaat niet over hen; die gaat over óns. Over onze paniek bij het idee dat iemand het contract verscheurt waarvan wij nog steeds geloven dat het bestaat.

We zien zelfmoord als falen. Maar er zijn mensen, vooral ouderen, die de balans opmaken en zeggen: het is mooi geweest. Een conclusie, niet geboren uit wanhoop, maar uit rust. Zoals een reiziger die zijn koffers pakt en voorgoed de deur achter zich dichttrekt.

Ik pleit niet voor zelfmoord. Ik pleit voor eerlijkheid. Voor het erkennen dat afscheid nemen óók een menselijke wens kan zijn. Niet per se gestoord of ziek, maar gewoon begrijpelijk.

Nabestaanden hebben het moeilijk. Hun verdriet is echt. Maar het maakt de keuze van degene die vertrok niet verkeerd. Want wie echt begrijpt dat het leven een keuze is, zal ook de dood als mogelijkheid durven zien. Niet als mislukking, maar als zelfgekozen slotakkoord.

Misschien is het leven pas echt van jou, als je ook mag besluiten wanneer je het teruggeeft.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!