Bezoek van UPC

Afgelopen maandag, begin van de avond. De bel gaat. Het duurt even voordat mijn moeder opendoet. Ze is 76, woont alleen en lijdt aan artrose. Sinds enkele weken heeft ze een kunstheup. Twee mannen van een jaar of veertig staan voor de deur. Ze hebben een steekkarretje bij zich, volgeladen met grote, rechthoekige dozen.

De heren zijn van UPC, vertellen ze. Eentje, een man met blond, nat krullend haar en een spitse neus, steekt een hand uit. Hij heet Pascal en heeft heuglijk nieuws voor mijn moeder. Ja, ze weet het zelf nog niet, maar ze is een echte geluksvogel. Kijk toch eens wat UPC voor haar heeft. Pascal pakt een doos van het steekwagentje. “Alstublieft mevrouw.”
“Ja maar, ik heb helemaal niets besteld,” antwoordt mijn moeder.
“Het is een mediabox,” zegt Pascal. “Voor u.” Hij knikt bemoedigend.
“Een mediabox?” Daar heeft mijn moeder nog nooit van gehoord. Ze denkt aan een doos boordevol boeken. “Ik heb toch echt niets besteld,” herhaalt ze. Bezorgd kijkt ze beide heren aan. Straks geven ze haar nog iets dat voor iemand anders is bestemd. Dat zou niet eerlijk zijn.
Pascal wijst naar de grote letters op de doos. “Wat staat hier mevrouw?”
‘UPC digital TV’ leest mijn moeder. “Cadeau van UPC”, zegt Pascal. “Ja, echt helemaal gratis.” Hij knikt plechtig. “Voor u.”

“Maar daar zijn toch kosten aan verbonden?” Mijn moeder kijkt de twee mannen ongelovig aan. Zijn compagnon kijkt strak naar het steekkarretje, maar Pascal lacht een gulle lach. “Welnee! Het is helemaal gratis. U bent gewoon één van de gelukkigen.” Alleen maar even – daar is het formulier al – tekenen voor ontvangst.

“Zijn er dan écht geen kosten aan verbonden?” vraagt mijn moeder nogmaals. Paniek en de wil beide heren te geloven, strijden om voorrang. “Ik heb alleen AOW en kijk bijna geen televisie.”
“Uw buurman op nummer 419 was er heel blij mee,” antwoordt Pascal. “Zal ik het pakket voor u in de kamer zetten?” Hij maakt aanstalten binnen te komen.

Mijn moeder schrikt. Nooit vreemden in huis laten. “Nee, zet u het hier maar neer in het halletje.”
Pascal zet de doos neer. Daarna wijst hij mijn moeder een hokje aan op het formulier. “Als u hier even tekent, dan is de mediabox voor u.”
Mijn moeder tekent.

Wanneer beide mannen weg zijn, sluit ze snel de deur en schuifelt haar woonkamer in. Daar leest ze in haar stoel, onder de schemerlamp, het kopietje dat ze van Pascal heeft gekregen. Nu pas ziet ze dat ze ook heeft getekend voor automatisch incasso. Er moet gewoon betaald worden, het is helemaal niet gratis. Schrik slaat haar om het hart. Die heren moeten zich vergist hebben!

Ze belt mij, compleet overstuur. En ik bel UPC met de vraag wat dit voor streken zijn. De telefonist begrijpt niet waar ik me druk over maak. “Mensen die de mediabox krijgen, zijn er juist hartstikke blij mee.” Het contract ongedaan maken? Nou, dan moet ik over een weekje nog maar eens terugbellen, want de gegevens van mijn moeder zitten nu nog niet in het systeem. Als ik antwoord dat dit toch echt de omgekeerde wereld is, verbreekt de telefonist de verbinding met een “jammer dat u niet wilt luisteren”.

Verbluft staar ik naar de hoorn. Is dit Nederland anno 2006? Premier Balkenende kan tevreden zijn. De handelsgeest van de VOC – rijk worden ten koste van de allerzwaksten – zit er bij UPC al goed in.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!