Geert levert nooit

Er zijn politici die iets opbouwen. En er is Geert Wilders. Een man die al ruim een kwart eeuw het Binnenhof onveilig maakt met zijn brandblusser, gevuld met benzine. Waar hij verschijnt, daar verdwijnt elke nuance. Waar hij spreekt, daar verdwijnt elk beleid. En waar hij meeregeert, daar verdwijnt elk kabinet.

Maar volgens Wilders komt dat allemaal door tegenwerking. Hij had ‘het strengste asielbeleid ooit’ bedongen bij de vorming van het kabinet. Maar het omgekeerde was gebeurd. Iedere elf dagen een azc erbij. “Om gek van te worden.”

Terwijl regeren, volgens Geert, net zo simpel zou moeten zijn als twitteren. GRENZEN DICHT. OPVANG AFSCHAFFEN. VLUCHTELINGEN ERUIT. Klaar. En als iemand een kritische vraag stelt, over mensenrechten of internationale verdragen, gewoon antwoorden: “Neem jij ze dan lekker zelf in huis!” Hoe moeilijk kan het zijn?

En trouwens, wie had de verkiezingen gewonnen? Nou? De PVV toch zeker! “Het land heeft gesproken,” riep Geert op de verkiezingsavond. Dus moest het land nu ook maar luisteren. Geen Syriërs. Geen hoofddoekjes. Geen gezinshereniging. En graag geen gezever van de Raad van State en de Tweede Kamer, dat nepparlement. Knettergek dat die altijd overal iets van moeten vinden. Want waarom? Wat Geert wil, dat willen de mensen in het land ook. Niet alleen alle inwoners van Katwijk en Staphorst, maar ook iedereen op Facebook.

Het probleem met Geert? Hij dacht dat de verkiezingen winnen hetzelfde is als gelijk krijgen. Dat de rest zijn mond houdt als jij de grootste partij bent. Maar zo werkt democratie niet. Regeren is niet roepen vanaf een balkon. Maar dat is een nuance die hem ontgaat. Al jaren. En dus komt hij nu met het Grote Verhaal. Dat van de saboterende ambtenaren. Linkse rechters. Bureaucratie die moedwillig alles traineert. Eigenlijk is het heel simpel: onze democratie werkt niet omdat zij hém niet gehoorzaamt.

Sindsdien spreekt Geerts achterban openlijk over ‘tegenkrachten’. In hun hoofden is de vaderlandse politiek één groot complot. In een vochtige Haagse kelder komen ambtenaren en rechters samen om Geerts revolutie te dwarsbomen. Een kwaadaardige, geheimzinnige macht onder een tl-balk; de deep state.

Geert, de man die “minder, minder, minder” schreeuwt, terwijl hij zelf consequent minder-minder-minder levert. Meer dan een kwart eeuw aan holle frasen, loze beloftes en zorgvuldig gecultiveerd slachtofferschap. Daarom schuift hij nooit aan in talkshows. Het is een theatraal soort afwezigheid. Geert is het kind dat zich onder tafel verstopt in de hoop dat ze hem zullen missen. Want het hele feest draait immers om hém?

Hij heeft een partij zonder leden. Een organisatie zonder structuur. Hij heeft in die 25 jaar zo goed als niets van zijn harde retoriek omgezet in echt beleid. Hij is een politicus van het soort dat niets achterlaat. Maar dat hoeft ook niet. Zijn kiezers verwachten helemaal niet dat Geert levert. Ze willen een gevoel, een woede, een vijandbeeld. Dus stemmen ze op hem. Op de man met de brandblusser, die Nederland gaat veranderen door alle problemen te verbieden.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Ik werk voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!