We worden duizend jaar oud

De eerste mens die duizend jaar wordt, is al onder ons. Dat beweert tenminste de Britse professor en biomedisch gerontoloog Aubrey de Grey. Hij hield dinsdag een voordracht aan de Universiteit van Leiden met de welluidende titel The quest for immortality.

Professor De Grey, 48 jaar oud maar met een baard die doet vermoeden dat hij minstens 102 is, ziet het verouderingsproces als een ziekte die in de nabije toekomst prima kan worden genezen. Eeuwig leven is het gevolg, waardoor de mens in de praktijk minstens duizend jaar oud wordt. Het menselijk lichaam is als een auto. Vervang af en toe wat onderdelen en een wagen kan prima tientallen jaren mee. “Je kunt nu al knieën en ooglenzen vervangen als ze defect zijn.” Dat klopt, maar op een bepaald moment heb je álle onderdelen van je auto vervangen, inclusief de gehele carrosserie. Volgens mij heb je dan gewoon een andere auto – oftewel een ander mens.

Enfin, wie weet kan het wél: het ouderdomsproces stopzetten. En dan? Ik vind eeuwig leven nu niet bepaald een aantrekkelijke optie. Kijk maar naar pioniers als Marijke Helwegen, Kim Jong-il of de hertogin van Alva. Het aantrekkelijke aan leven is juist dat het eindig is. Een feest kan nog zó enorm leuk zijn, op een gegeven moment heb je het wel gezien. Vijf-, zes-, zevenhonderd jaar opgescheept zitten met jezelf, je moet er toch niet aan denken – tenzij je Ivo Niehe heet natuurlijk. Elke zondag op bezoek bij je ouders, grootouders, overgrootouders, betovergrootouders en ga zo maar door. Het kabinet Rutte 248. Het 986e seizoen van Pauw & Witteman. Dries Roelvink. Of nog erger, Mart Smeets. Die eindeloze tredmolen. Levende doden worden we. Het houdt nooit meer op.

Wat moet professor De Grey bang zijn voor de dood. In gedachten zie ik hem in de bioscoop des levens zitten. Buiten schemert het. Terwijl de film vordert, kijkt De Grey continu op zijn horloge. Hij denkt: “over 45 minuten is de film afgelopen.” En vijf minuten later: “nog 40 minuten.” En weer vijf minuten later: “Oh God, nog 35 minuten.” Het liefst zou hij de film stopzetten. Of angstig terugspoelen, eindeloos terugspoelen. Terwijl hij zichzelf natuurlijk gewoon lekker zou moeten verliezen in het verhaal. Dáár is de bioscoop des levens toch voor bedoeld?

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Hij werkt voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!