Pornoverslaving

Wetenschappelijk onderzoek, het staat of valt met de definitie van wat je onderzoekt. Neem nu de Rijksuniversiteit Groningen. Daar waren ze maandenlang op zoek naar veertien pornoverslaafden. De universiteit wil onderzoeken of bij hen de doorgifte van bepaalde signalen in de hersenen minder goed werkt, zoals ook het geval is bij heroïne- en cocaïneverslaafden.

Zo ja, dan is dat een aanwijzing dat pornoverslaving een échte verslaving is. “Het is een groeiend probleem,” aldus één van de onderzoekers tegenover RTV Noord. Ja, dat bekt altijd lekker. Jammer dat de reporter hier niet doorvroeg. Want hoezo ‘probleem’? Waarom zou er iets mis zijn met mensen die veel porno kijken, desnoods met een doosje tissues binnen handbereik? De een heeft nu eenmaal een hoger libido dan de ander en wat heeft dat in hemelsnaam van doen met heroïne en cocaïne? Heroïne is zo goed als dodelijk en cocaïne molt op zijn minst je neustussenschot. Maar wat doet porno nu? De tijden dat werd gedacht dat veelvuldig onaneren je ruggenmerg week maakt en blindheid veroorzaakt, liggen al decennia achter ons.

Rijst als vanzelf de vraag: wanneer is iemand verslaafd aan porno? Volgens de onderzoekers: als je in je sociale leven of op je werk problemen ondervindt door je honger naar porno. Waar ik nu dus zo benieuwd naar ben: zou onder die veertien pornoverslaafden ook maar één vrijgezelle werkloze zitten? Zo iemand die woest snuivend de hele dag in zijn ochtendjas achter de computer zit en verder niemand stoort? Ik denk het niet, want dát is tegenwoordig de definitie van een verslaving: het is pas een probleem wanneer je de maatschappij tot last bent.

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Hij werkt voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!