Ik ben geen schrijver

Toen ik in de jaren zeventig en tachtig op school zat, was schrijven zogezegd niet mijn ding. Ja, ik ging vaak naar de openbare bibliotheek, maar dat was meer uit verveling. Je had Nederland 1 en 2, en dat was het dan. Ik las omdat er niet echt iets anders te doen was.

Aan het schrijven van opstellen had ik een broertje dood. Meer dan een 7 haalde ik nooit.

Vandaag de dag verdien ik mijn brood als professioneel schrijver, dus misschien is het helemaal niet de bedoeling dat ik je het bovenstaande vertel. Ik zou je ook iets op de mouw kunnen spelden. Bijvoorbeeld hoe ik op een dag in mijn ochtendjas op het balkon stond en het schrijven zomaar tot mij kwam. Een beetje zoals het woord van God. Dat is wat schrijvers je altijd willen doen geloven. Dat zij de uitverkorenen zijn.

Maar voor mij was dat dus niet het geval. Voor mijzelf was ik geen schrijver. Het was veel meer bij toeval dat ik erin rolde. Ik had een lullig baantje, dat ook af en toe het tikken van een stukje vergde. Schrijven ging me redelijk gemakkelijk af, ik was er niet slecht in.

Zo ging dat dus. Van het een kwam het ander en de rest is geschiedenis.

Vaak hoor ik mensen zeggen: “ik ben geen schrijver.” Het verwondert me keer op keer. Is de persoon zélf geen schrijver, vraag ik me dan af, of verbood een docent Nederlands hem ooit te gelóven dat hij kan schrijven?

Zeker, niet iedereen kan schrijven. Niet iedereen wíl schrijven. Maar ik vermoed dat veel meer mensen zouden kunnen schrijven als ze zich erop toelegden.

Misschien jij wel.
 

Luuk Koelman
Luuk Koelman

Columnist (o.a. voor Nieuwe Revu), ghostwriter en schrijfcoach. Hij werkt voor mensen die graag schrijven én voor mensen die liever niet schrijven.

Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief!